En zo komen we uiteindelijk aan bij onze laatste hindernis: de Pyreneeën. Maar na alle bergen die we de afgelopen maanden hebben bedongen, blijkt de Roelantpas weinig meer dan een bescheiden heuveltje!
De afdaling naar Frankrijk toe is echter spectaculair: 20 kilometer haarspelden, prachtig uitzicht en een zonnetje op de bol.
De dagen erna fietsen we langzaam maar zeker Frankrijk door
maar ook noordelijker komen we nog steeds pelegrino's tegen, waarvan deze wel de meest kleurrijke is.
Het wordt vlakker en we vergeten foto's te maken. Dit is immers al bijna 'thuis'. De laatste dagen helpt de wind ons een handje en onze allerlaatste fietsdag blaast 'ie ons vooruit van Calais naar het 170 kilometer verderop gelegen Oostburg, waar de familie van Nicole ons verwelkomt. We zijn thuis!
donderdag 3 juli 2008
vrijdag 30 mei 2008
Complot!
Uiteindelijk bleken ze zo´n beetje allemaal in het complot te zitten... De moeder en zus van Nicole, die op onopvallende wijze de precieze route hadden achterhaald. ¨Zeg, mogen we nog eens weten waar jullie precies zitten? In Chili konden we jullie veel beter volgen dan nu!¨ Achiel, die onopvallende smsjes verstuurde. ¨Jullie blijven zeker ´t hele weekend in Santiago?¨ En: ¨Hoe rijden jullie precies? Toch wel over de oude camino?¨ En Els, die smste over de aanstaande bevalling van de hoogzwangere Astrid. ¨We zitten nu in het ziekenhuis, het ziet er naar uit dat het elk moment kan gebeuren. Houd je mobiel bij de hand, ik bel je morgenochtend!¨. Maar toen we de volgende ochtend tegen half elf nog geen bericht hadden en het opnieuw begon te regenen, werd de mobiel toch maar droog ergens onderin een tas verpakt. En er uren later pas weer uitgehaald. Om het meteen berichtjes te laten regenen... ¨Waar zitten jullie precies? Wil jullie uitnodigen voor een biertje¨, aldus Achiel. ¨Neem onmiddellijk contact op met Achiel, hij heeft een verrassing voor jullie¨, aldus Els. Dus meteen gebeld. En zo zaten we een krap uur later in de peña. Aan de wijn en de tapas. Met Achiel, dat hadden we al gedacht. Maar niet alleen met Achiel...
Van links naar rechts: Antoine, Ube, Achiel, Nicole EN DE VADER VAN NICOLE!!!!
Jongens, wát een verrassing! Jullie zijn met recht De Drie Musketiers! Duizend maal dank!!!!! Op champagne kun je trouwens best goed fietsen, bleek de volgende dag!
Die volgende dag begon natuurlijk met een rondje Lugo
en vervolgde met het maken van deze nu al legendarische foto van de Pelegrino´s samen met Sint André.
Alle deelnemers aan dit complot: bedankt, bedankt, bedankt!!!
Van links naar rechts: Antoine, Ube, Achiel, Nicole EN DE VADER VAN NICOLE!!!!
Jongens, wát een verrassing! Jullie zijn met recht De Drie Musketiers! Duizend maal dank!!!!! Op champagne kun je trouwens best goed fietsen, bleek de volgende dag!
Die volgende dag begon natuurlijk met een rondje Lugo
en vervolgde met het maken van deze nu al legendarische foto van de Pelegrino´s samen met Sint André.
Alle deelnemers aan dit complot: bedankt, bedankt, bedankt!!!
donderdag 29 mei 2008
Onderweg
Sociaal weer helemaal geüpdated vertrokken we richting Pamplona. Onderweg kwamen we, gedurende twee hele weken, welgeteld vier toeristen tegen. De eerste twee waren Adriaan en Sandra
die een stukje noordwaarts afweken van hun route naar de Portugese surfstranden om ons een dagje gezelschap te houden. De andere twee zaten in een Belgische camper. Wat zegt dat over ons??? Oké, het is geen mooi weer. Op zijn minst gezegd. Het regent nogal een keer, hoewel we aardig tussen de buien door weten te laveren.
En het is koud, we lazen al acht graden op de borden van de apotheek. En soms hagelt het zelfs en dan blijft die hagel de hele ochtend liggen.
Maar jongens, het is hier MOOI!!! We klimmen in Cantabrië over passen
hijgen bovenaan uit
en genieten daarna van de uitzichten en de afdalingen.
We zien verwijzingen naar Chili
en naar Bolivia, want ook hier winnen (wonnen?) ze zout.
Onderweg proberen we de -gelukkig voor ons meestal al dode slangen- te omzeilen
en spelen we treintje op een oud stuk spoorweg, omgebouwd tot fietspad. Wie de wagon speelt, hoeft niet te trappen, toch? De tunnel is ingenieus verlicht: steeds als je een stuk verder bent, treedt via een sensor de verlichting in werking!
Maar wie denkt dat dat allemaal zonder energie kan, heeft ´t mis! Ook wij moeten af en toe tanken, al is het dan ietsjes minder dan de auto´s...
die een stukje noordwaarts afweken van hun route naar de Portugese surfstranden om ons een dagje gezelschap te houden. De andere twee zaten in een Belgische camper. Wat zegt dat over ons??? Oké, het is geen mooi weer. Op zijn minst gezegd. Het regent nogal een keer, hoewel we aardig tussen de buien door weten te laveren.
En het is koud, we lazen al acht graden op de borden van de apotheek. En soms hagelt het zelfs en dan blijft die hagel de hele ochtend liggen.
Maar jongens, het is hier MOOI!!! We klimmen in Cantabrië over passen
hijgen bovenaan uit
en genieten daarna van de uitzichten en de afdalingen.
We zien verwijzingen naar Chili
en naar Bolivia, want ook hier winnen (wonnen?) ze zout.
Onderweg proberen we de -gelukkig voor ons meestal al dode slangen- te omzeilen
en spelen we treintje op een oud stuk spoorweg, omgebouwd tot fietspad. Wie de wagon speelt, hoeft niet te trappen, toch? De tunnel is ingenieus verlicht: steeds als je een stuk verder bent, treedt via een sensor de verlichting in werking!
Maar wie denkt dat dat allemaal zonder energie kan, heeft ´t mis! Ook wij moeten af en toe tanken, al is het dan ietsjes minder dan de auto´s...
zaterdag 17 mei 2008
Bewierookt
En zo bereikten we, na 800 km, natgeregend Santiago.
Om daar de dagelijkse pelgrimsmis van 12 uur bij te wonen. En bewierookt te worden, waarmee we geluk hadden. Het zilveren wierookvat in Santiago is namelijk een bezienswaardigheid op zich. Het dateert uit de 12e eeuw, weegt ruim vijftig kilo en hangt aan een scheepstros van een pols dik. Een speciaal getraind groepje misdienaars laat het ding heel voorzichtig zakken tot een meter boven de grond en dan kan het spektakel beginnen. Langzaam brengen ze het vat op gang, tot het heen en weer slingert met een vaart van 68 km per uur. Het heeft dan een uitslag van ruim 40 meter en bereikt een hoek van 82 graden, zodat het net een halve meter onder het plafond blijft.
Het meest imponerende zicht heb je als je eronder zit, in de noord- of zuidhoek. Maar gezien het feit dat het vat wel eens heeft losgelaten -ergens in de 17e eeuw en in de 18e nog een keer- vinden we het niet heel erg dat we daar niet zitten.
De sfeer in de kathedraal is heel bijzonder: 80% van de aanwezigen draagt outdoorkleding en bergschoenen en loopt rond met een dikke grijns: doel bereikt, tocht volbracht, ervaring opgedaan. Overal liggen rugzakken, staan wandelstokken en vrijwel iedereen heeft zichtbaar spierpijn. Wij ook!!! Inmiddels komen onze beentjes weer een beetje bij. Dat moet ook, want voor de komende drie weken staan achtereenvolgens de bergen van Galicië, Cantabrië, Baskenland en Pyreneeën op het programma. Hopelijk in iets beter weer!
Om daar de dagelijkse pelgrimsmis van 12 uur bij te wonen. En bewierookt te worden, waarmee we geluk hadden. Het zilveren wierookvat in Santiago is namelijk een bezienswaardigheid op zich. Het dateert uit de 12e eeuw, weegt ruim vijftig kilo en hangt aan een scheepstros van een pols dik. Een speciaal getraind groepje misdienaars laat het ding heel voorzichtig zakken tot een meter boven de grond en dan kan het spektakel beginnen. Langzaam brengen ze het vat op gang, tot het heen en weer slingert met een vaart van 68 km per uur. Het heeft dan een uitslag van ruim 40 meter en bereikt een hoek van 82 graden, zodat het net een halve meter onder het plafond blijft.
Het meest imponerende zicht heb je als je eronder zit, in de noord- of zuidhoek. Maar gezien het feit dat het vat wel eens heeft losgelaten -ergens in de 17e eeuw en in de 18e nog een keer- vinden we het niet heel erg dat we daar niet zitten.
De sfeer in de kathedraal is heel bijzonder: 80% van de aanwezigen draagt outdoorkleding en bergschoenen en loopt rond met een dikke grijns: doel bereikt, tocht volbracht, ervaring opgedaan. Overal liggen rugzakken, staan wandelstokken en vrijwel iedereen heeft zichtbaar spierpijn. Wij ook!!! Inmiddels komen onze beentjes weer een beetje bij. Dat moet ook, want voor de komende drie weken staan achtereenvolgens de bergen van Galicië, Cantabrië, Baskenland en Pyreneeën op het programma. Hopelijk in iets beter weer!
dinsdag 13 mei 2008
De vuelta
Na vier maanden prachtig weer fietsen we eindelijk in de regen! Terwijl jullie allemaal lekker op het strand liggen, zwoegen wij hier in weer en wind de berg op. Het is afzien. Om het nog een beetje draaglijk te maken, nemen we dan maar elke avond een hotelletje. Niet dat we hier zouden kúnnen kamperen, of het moest wild zijn, want het aantal Spaanse campings is wel heel erg dun gezaaid. Daardoor liggen ze meestal nét een berg te ver. Dus laven we ons ´s avonds aan een wijntje aan de bar van het hotel, dat meestal ook de dorpskroeg is, en nemen we er een tapaatje bij. Het valt niet mee, om op bedevaart te zijn... De spaarzame momenten dat de zon wél schijnt, maken we natuurlijk meteen een fotootje. Zo kwamen we een paar dagen geleden deze ontzettend dikke gier tegen
die niet helemaal blij was met onze komst. Desondanks -of juist daarom?- circelde hij daarna
nog even een paar rondjes boven onze hoofden. Blij dat wij geen lammetjes zijn!
Behalve griezelige gieren komen we ook onschuldige bloemenveldjes tegen
en onschuldige veldkerkjes met prachtig verweerde kruizen erbij.
We zien heel veel schelpen, want we zitten immers op de Camino de Santiago
en zien we zelfs een verdwaald astronautje
tegen de muur van de kathedraal van Salamanca. Mogelijk had de restaurateur een paar jaar geleden genoeg van alle engeltjes?
Wat we ook veel tegenkomen, zijn oude dametjes. Deze hieronder was een wel heel bijzonder exemplaar. In de tijd die Ube nodig had om ver genoeg te bukken om een broodje te kopen bij de mobiele bakker, schoot deze mini-dame onder zijn arm door en marcheerde er 0,7 nanoseconden later met haar brood vandoor. Rápido!
Ze maakte daarna nog even een praatje met ons in onverstaanbaar Galicisch (Galiciaans? Galisch?). Dat Galicisch is overigens nogal frustrerend voor ons. Galiciërs zijn een soort Friezen. Zie als bewijsmateriaal de onderstaande foto´s van t-shirtjes die hier te koop zijn.
De Galiciërs spreken dus allemaal een onverstaanbaar dialect, dat meer op Portugees lijkt dan op Spaans.
Daar staan wij dan, met ons keurige cursus-Castelliaans...
die niet helemaal blij was met onze komst. Desondanks -of juist daarom?- circelde hij daarna
nog even een paar rondjes boven onze hoofden. Blij dat wij geen lammetjes zijn!
Behalve griezelige gieren komen we ook onschuldige bloemenveldjes tegen
en onschuldige veldkerkjes met prachtig verweerde kruizen erbij.
We zien heel veel schelpen, want we zitten immers op de Camino de Santiago
en zien we zelfs een verdwaald astronautje
tegen de muur van de kathedraal van Salamanca. Mogelijk had de restaurateur een paar jaar geleden genoeg van alle engeltjes?
Wat we ook veel tegenkomen, zijn oude dametjes. Deze hieronder was een wel heel bijzonder exemplaar. In de tijd die Ube nodig had om ver genoeg te bukken om een broodje te kopen bij de mobiele bakker, schoot deze mini-dame onder zijn arm door en marcheerde er 0,7 nanoseconden later met haar brood vandoor. Rápido!
Ze maakte daarna nog even een praatje met ons in onverstaanbaar Galicisch (Galiciaans? Galisch?). Dat Galicisch is overigens nogal frustrerend voor ons. Galiciërs zijn een soort Friezen. Zie als bewijsmateriaal de onderstaande foto´s van t-shirtjes die hier te koop zijn.
De Galiciërs spreken dus allemaal een onverstaanbaar dialect, dat meer op Portugees lijkt dan op Spaans.
Daar staan wij dan, met ons keurige cursus-Castelliaans...
maandag 5 mei 2008
Lente!
Na een lange en qua tijdstip nogal onhandige terugvlucht landden we op 2 mei rond 8.00 uur ´s ochtends op Madrid Barajas. Met een dikke jetlag, omdat ´onze´ Chileense tijd nog op twee uur ´s nachts stond. Om vijf uur ´s middags hadden de stewardessen de luikjes voor de raampjes weliswaar dichtgedaan, maar toen konden we natuurlijk nog niet echt slapen. Tegen de tijd dat we wél konden slapen, werd het ontbijt geserveerd. Dus begonnen we met nul minuten slaap aan onze eerste fietsdag in Spanje. Waar we ons wel meteen thuis voelden: de automobilisten in de tunnel werden attent gemaakt op onze aanwezigheid en gevraagd voorzichtig te zijn met ons!
Even verderop voelden we ons nog meer thuis, want hier in Spanje hebben ze zowaar ook growshops! En wij maar denken dat we die alleen in Nederland hadden...
´s Avonds voelden we ons nóg meer thuis, toen de Nederlandse Gerard en Amy een heerlijke kop thee zetten voor ons. Maar hoewel het voelt als thuis, het is toch even wennen. De eerste dagen fietsen we rond in de regio Madrid, waar het ontzettend druk was op de wegen. Alle Madrilenen maakten dankbaar gebruik van het feit dat 1 mei dit jaar op donderdag viel en trokken er een lang weekend op uit. Het gevolg: superdrukke wegen en superdrukke campings.
Deze hier schijnt bovendien een van de grootste van Europa te zijn, met zo´n 1400 plaatsen, een discotheek, bewakers (zie de meneer in geel links op de foto), conferentieruimtes en zelfs een carwash! Bij aankomst in de receptie mochten we eerst een nummertje trekken, net als in het postkantoor of bij de bank... Maar elk nadeel heeft zijn voordeel: in de enorme drukte ontwaarden we zowaar collegafietsers! Een eenzame Antwerpenaar, van wie de Franse regens van de afgelopen weken teveel tol hebben geëist en die het niet meer zag zitten. En een Canadees gezinnetje, dat twee maanden in Spanje heeft rondgefietst en het duidelijk nog wel zag zitten! Vooral het meisje was ontzettend enthousiast en heeft blijkbaar enorm genoten van de rondrit.
We vinden het heerlijk om weer collega-fietsers tegen te komen. Nadat we in Bolivia afscheid hadden genomen van Björn en Martina hebben we dat echt gemist... Tot onze verrassing blijken er ook de volgende avond twee fietsende Australiërs in hetzelfde dorpshotelletje te zitten als wij. We genieten van de tapas en van elkaars gezelschap en zijn echt blij dat we weer een beetje sociaal bezig kunnen zijn hier. Maar genieten is hier niet zo heel erg moeilijk. Het is immers lente en de bermen staan vol voorjaarsbloemen, de bomen beginnen uit te botten of staan zelfs al vol in bloei
en er zitten overal ooievaars te broeden.
Het landschap is prachtig
en de steden ook. Dus blijven we min of meer per ongeluk een dagje hangen in Avila
waar de eerste gotische kathedraal van Spanje blijkt te staan.
Vandaaruit rijden we morgen verder richting Salamanca.
Even verderop voelden we ons nog meer thuis, want hier in Spanje hebben ze zowaar ook growshops! En wij maar denken dat we die alleen in Nederland hadden...
´s Avonds voelden we ons nóg meer thuis, toen de Nederlandse Gerard en Amy een heerlijke kop thee zetten voor ons. Maar hoewel het voelt als thuis, het is toch even wennen. De eerste dagen fietsen we rond in de regio Madrid, waar het ontzettend druk was op de wegen. Alle Madrilenen maakten dankbaar gebruik van het feit dat 1 mei dit jaar op donderdag viel en trokken er een lang weekend op uit. Het gevolg: superdrukke wegen en superdrukke campings.
Deze hier schijnt bovendien een van de grootste van Europa te zijn, met zo´n 1400 plaatsen, een discotheek, bewakers (zie de meneer in geel links op de foto), conferentieruimtes en zelfs een carwash! Bij aankomst in de receptie mochten we eerst een nummertje trekken, net als in het postkantoor of bij de bank... Maar elk nadeel heeft zijn voordeel: in de enorme drukte ontwaarden we zowaar collegafietsers! Een eenzame Antwerpenaar, van wie de Franse regens van de afgelopen weken teveel tol hebben geëist en die het niet meer zag zitten. En een Canadees gezinnetje, dat twee maanden in Spanje heeft rondgefietst en het duidelijk nog wel zag zitten! Vooral het meisje was ontzettend enthousiast en heeft blijkbaar enorm genoten van de rondrit.
We vinden het heerlijk om weer collega-fietsers tegen te komen. Nadat we in Bolivia afscheid hadden genomen van Björn en Martina hebben we dat echt gemist... Tot onze verrassing blijken er ook de volgende avond twee fietsende Australiërs in hetzelfde dorpshotelletje te zitten als wij. We genieten van de tapas en van elkaars gezelschap en zijn echt blij dat we weer een beetje sociaal bezig kunnen zijn hier. Maar genieten is hier niet zo heel erg moeilijk. Het is immers lente en de bermen staan vol voorjaarsbloemen, de bomen beginnen uit te botten of staan zelfs al vol in bloei
en er zitten overal ooievaars te broeden.
Het landschap is prachtig
en de steden ook. Dus blijven we min of meer per ongeluk een dagje hangen in Avila
waar de eerste gotische kathedraal van Spanje blijkt te staan.
Vandaaruit rijden we morgen verder richting Salamanca.
Schrikken
En dan moeten we even slikken, omdat de volgende twee nieuwsberichtjes ons bereiken...
Chaitén
Chileense vulkaan Chaiten schiet wakker / 05 mei 2008
In het zuiden van Chili schoot de vulkaan Chaiten vrijdag onverwachts wakker. De berg spuwde as tot op 17 kilometer hoogte. 4.500 mensen die rond de vulkaan wonen, werden geëvacueerd. De kleine vulkaan lag al 2.000 jaar te sluimeren onder een gletsjer. Wetenschappers werden compleet verrast door de uitbarsting omdat zij de berg als een slapende vulkaan beschouwden. De bevolking kreeg stofmaskers om zich te beschermen tegen de wolk van as. (Bron: www.knack.be)
Kopieer om een beeld te krijgen van de uitbarsting de link hieronder: http://www.youtube.com/watch?v=T04nPlVrNmo&feature=related
We schrikken. Hier waren wij een week of zes geleden. Hier hebben Cézar en Cécilia hun pizzeria. Hier is het immens mooie maar uiterst kwetsbare Park Pumalin. Hier hebben we Rataplan achtergelaten...
Min of meer tegelijkertijd speelt zich echter nog een heel ander drama af op een plek waar we drie weken geleden waren.
Salar de Uyuni
La Paz - Bij een ongeluk met twee bussen in het zuiden van Bolivia zijn dertien passagiers omgekomen. De tourbussen botsten frontaal op elkaar en vlogen daarna in brand. Een container met diesel bovenop een van de bussen explodeerde na de botsing op Salar de Uyuni, een grote zoutvlakte zonder gemarkeerde wegen. Bij het ongeluk kwamen onder meer vijf Japanse en vijf Israëlische toeristen om het leven. (Bron: www.wereldomroep.nl)
We zijn dankbaar dat wij tot dusver veilig hebben mogen reizen...
Chaitén
Chileense vulkaan Chaiten schiet wakker / 05 mei 2008
In het zuiden van Chili schoot de vulkaan Chaiten vrijdag onverwachts wakker. De berg spuwde as tot op 17 kilometer hoogte. 4.500 mensen die rond de vulkaan wonen, werden geëvacueerd. De kleine vulkaan lag al 2.000 jaar te sluimeren onder een gletsjer. Wetenschappers werden compleet verrast door de uitbarsting omdat zij de berg als een slapende vulkaan beschouwden. De bevolking kreeg stofmaskers om zich te beschermen tegen de wolk van as. (Bron: www.knack.be)
Kopieer om een beeld te krijgen van de uitbarsting de link hieronder: http://www.youtube.com/watch?v=T04nPlVrNmo&feature=related
We schrikken. Hier waren wij een week of zes geleden. Hier hebben Cézar en Cécilia hun pizzeria. Hier is het immens mooie maar uiterst kwetsbare Park Pumalin. Hier hebben we Rataplan achtergelaten...
Min of meer tegelijkertijd speelt zich echter nog een heel ander drama af op een plek waar we drie weken geleden waren.
Salar de Uyuni
La Paz - Bij een ongeluk met twee bussen in het zuiden van Bolivia zijn dertien passagiers omgekomen. De tourbussen botsten frontaal op elkaar en vlogen daarna in brand. Een container met diesel bovenop een van de bussen explodeerde na de botsing op Salar de Uyuni, een grote zoutvlakte zonder gemarkeerde wegen. Bij het ongeluk kwamen onder meer vijf Japanse en vijf Israëlische toeristen om het leven. (Bron: www.wereldomroep.nl)
We zijn dankbaar dat wij tot dusver veilig hebben mogen reizen...
vrijdag 25 april 2008
Op naar Sint Jacob!
Zo, de kogel is door de kerk. Op 1 mei vliegen we terug van Santiago naar Madrid. Van daaraf fietsen we naar huis met een omweggetje naar Santiago de Compostela. Om, zoals vriendin Esther het omschreef in een mail, de tijd te nemen om al die grenzeloze indrukken te verwerken:
Ha die Nicole en Ube,
Een plan of voornemen zou geen keurslijf moeten zijn, maar een wegwijzer. Je kunt je van alles voornemen, plannen of boeken, maar dat doe je vanuit letterlijk een andere positie. Je probeert in te schatten wat je wilt, wat een redelijke termijn is, wanneer genoeg genoeg is. Maar echt weten, doe je pas wanneer de grens voor je voeten ligt. Soms ligt die dichterbij dat je had ingeschat, soms verder weg. Soms duikt hij op omdat het tijd is, dan weer omdat het genoeg is. Soms omdat het tijd en genoeg is.
Ik denk dat jullie hebben gevonden wat je zocht: avontuur, indrukken, vriendschap, liefde, en grenzen. Letterlijke grenzen, tijdelijke grenzen, persoonlijke grenzen, grenzeloze uitzichten, grensgevallen, et cetera.
Wat een goed idee om nog even de tijd te nemen om al die grenzeloze indrukken te verwerken, door een soort after-reis te maken door een continent dat vertrouwder is en minder stress zal opleveren. Uit ervaring weet ik dat zo'n avontuur als Zuid-Amerika nog jaren doorwerkt, en wellicht je hele leven.
Wij zullen zodra het mooi weer wordt alvast een handdoekje klaar leggen in Dishoek. We verheugen ons op verhalen, samen eten en drinken en nog meer verhalen.
Kom op je gemak thuis.
XXX
Esther namens man, kinders en katten.
Van Bolivia hebben we de afgelopen twee weken genoten, al bussend van Uyuni via Potosi naar Sucre. Maar we merkten onderweg wel dat onze bolletjes vol zitten met alle indrukken van de afgelopen maanden. En Bolivia, en Peru ongetwijfeld ook, verdienen niet onze halve, maar onze onverdeelde aandacht. Daarom willen we graag terug om alle moois daar te zien. Maar dan met rugzak in plaats van met fietstassen. En dat is een andere manier van reizen, die een andere manier van voorbereiden vergt. Voor nu dus: op naar ´rustig´ Europa, waar we weer op onze fietsjes hopen te springen. Onze benen staan alvast te popelen! We houden jullie op de hoogte!
Ha die Nicole en Ube,
Een plan of voornemen zou geen keurslijf moeten zijn, maar een wegwijzer. Je kunt je van alles voornemen, plannen of boeken, maar dat doe je vanuit letterlijk een andere positie. Je probeert in te schatten wat je wilt, wat een redelijke termijn is, wanneer genoeg genoeg is. Maar echt weten, doe je pas wanneer de grens voor je voeten ligt. Soms ligt die dichterbij dat je had ingeschat, soms verder weg. Soms duikt hij op omdat het tijd is, dan weer omdat het genoeg is. Soms omdat het tijd en genoeg is.
Ik denk dat jullie hebben gevonden wat je zocht: avontuur, indrukken, vriendschap, liefde, en grenzen. Letterlijke grenzen, tijdelijke grenzen, persoonlijke grenzen, grenzeloze uitzichten, grensgevallen, et cetera.
Wat een goed idee om nog even de tijd te nemen om al die grenzeloze indrukken te verwerken, door een soort after-reis te maken door een continent dat vertrouwder is en minder stress zal opleveren. Uit ervaring weet ik dat zo'n avontuur als Zuid-Amerika nog jaren doorwerkt, en wellicht je hele leven.
Wij zullen zodra het mooi weer wordt alvast een handdoekje klaar leggen in Dishoek. We verheugen ons op verhalen, samen eten en drinken en nog meer verhalen.
Kom op je gemak thuis.
XXX
Esther namens man, kinders en katten.
Van Bolivia hebben we de afgelopen twee weken genoten, al bussend van Uyuni via Potosi naar Sucre. Maar we merkten onderweg wel dat onze bolletjes vol zitten met alle indrukken van de afgelopen maanden. En Bolivia, en Peru ongetwijfeld ook, verdienen niet onze halve, maar onze onverdeelde aandacht. Daarom willen we graag terug om alle moois daar te zien. Maar dan met rugzak in plaats van met fietstassen. En dat is een andere manier van reizen, die een andere manier van voorbereiden vergt. Voor nu dus: op naar ´rustig´ Europa, waar we weer op onze fietsjes hopen te springen. Onze benen staan alvast te popelen! We houden jullie op de hoogte!
zaterdag 19 april 2008
Een brug te ver...
De lucht was stralend blauw en de wind blies ons zachtjes in de rug. Daar lag het niet aan... De passerende automobilisten en vrachtwagenchauffeurs lachtten ons breeduit toe en staken enthousiast de duimen omhoog. Daar lag het niet aan... We waren fit en uitgerust en hadden ontzettend zin in een stukje fietsen. Daar lag het ook niet aan...
De route Uyuni naar Potosi voert je de eerste dag van zo´n 3650 meter hoogte binnen vijftien kilometer naar een pas van 4200 meter. Op zeeniveau doen we dat fluitend. Op deze hoogte ook. Van het gebrek aan zuurstof, wel te verstaan. Hijgend als twee oude karrepaarden stoppen we om de paar pedaalslagen. Uiteindelijk stappen we af en doen we stukken lopend. Vier passen lopen, drie happen adem, vier passen lopen, drie happen adem. Bovenop de berg kijken we naar beneden. Een bergdorpje met minimale voorzieningen. Er zou een hospedaje moeten zijn, is ons beloofd. Maar in wat voor staat?
We vinden het niet erg dat er geen douche is. We vinden het niet erg om in een gammel bed te moeten slapen. We vinden het niet erg als je met al je thermokleding aan in je slaapzakje moet. Maar alles bij elkaar, elke nacht, voor de komende twee maanden? En hoe blijven we in die dorpjes gezond? Als we ´s avonds moe in zo´n dorp aankomen, kunnen we het eten daar dan eten of worden we daar ziek van? Is het water voor de koffie lang genoeg doorgekookt? Is er überhaupt een hospedaje?
We staan bovenop de berg en hijgen nog steeds. Elke inspanning voegt een extra hijg toe. Op dat moment komen we samen tot de conclusie dat dit niet te doen is. Tenminste, niet voor ons. Voor vertrek hebben we immers twee regels afgesproken. Regel 2 luidt: GENIET! En regel 2 is hier wel heel duidelijk in het geding. En als we doorfietsen misschien ook wel regel 1: BLIJF HEEL. Terug in Uyuni steekt de Amerikaanse eigenaar van pizzeria Minuteman ons een hart onder de riem: ¨Jullie hebben groot gelijk. Geloof me, negentig procent van de fietsers neemt vanaf hier de bus naar Potosi. Het is veel te hoog voor ons westerlingen. Je hart moet te hard werken, denk aan je gezondheid!¨. Waarschijnlijk heeft hij gelijk. De volgende dag voelt Nicole zich ziek van de inspanning.
Dus nemen we de bus naar Potosi en vanaf daar een taxi naar Sucre. Waar we ons beraden op nieuwe stappen. Fietsen op deze hoogte is afzien. En we willen niet afzien. We willen genieten.
De route Uyuni naar Potosi voert je de eerste dag van zo´n 3650 meter hoogte binnen vijftien kilometer naar een pas van 4200 meter. Op zeeniveau doen we dat fluitend. Op deze hoogte ook. Van het gebrek aan zuurstof, wel te verstaan. Hijgend als twee oude karrepaarden stoppen we om de paar pedaalslagen. Uiteindelijk stappen we af en doen we stukken lopend. Vier passen lopen, drie happen adem, vier passen lopen, drie happen adem. Bovenop de berg kijken we naar beneden. Een bergdorpje met minimale voorzieningen. Er zou een hospedaje moeten zijn, is ons beloofd. Maar in wat voor staat?
We vinden het niet erg dat er geen douche is. We vinden het niet erg om in een gammel bed te moeten slapen. We vinden het niet erg als je met al je thermokleding aan in je slaapzakje moet. Maar alles bij elkaar, elke nacht, voor de komende twee maanden? En hoe blijven we in die dorpjes gezond? Als we ´s avonds moe in zo´n dorp aankomen, kunnen we het eten daar dan eten of worden we daar ziek van? Is het water voor de koffie lang genoeg doorgekookt? Is er überhaupt een hospedaje?
We staan bovenop de berg en hijgen nog steeds. Elke inspanning voegt een extra hijg toe. Op dat moment komen we samen tot de conclusie dat dit niet te doen is. Tenminste, niet voor ons. Voor vertrek hebben we immers twee regels afgesproken. Regel 2 luidt: GENIET! En regel 2 is hier wel heel duidelijk in het geding. En als we doorfietsen misschien ook wel regel 1: BLIJF HEEL. Terug in Uyuni steekt de Amerikaanse eigenaar van pizzeria Minuteman ons een hart onder de riem: ¨Jullie hebben groot gelijk. Geloof me, negentig procent van de fietsers neemt vanaf hier de bus naar Potosi. Het is veel te hoog voor ons westerlingen. Je hart moet te hard werken, denk aan je gezondheid!¨. Waarschijnlijk heeft hij gelijk. De volgende dag voelt Nicole zich ziek van de inspanning.
Dus nemen we de bus naar Potosi en vanaf daar een taxi naar Sucre. Waar we ons beraden op nieuwe stappen. Fietsen op deze hoogte is afzien. En we willen niet afzien. We willen genieten.
zondag 13 april 2008
Zout!
Meer dan tienduizend vierkante kilometers wit, wit en nog eens wit. De Salar de Uyuni is niet voor niets het grootste zoutmeer ter wereld. Armstrong zag het vanaf de maan, was serieus onder de indruk en trok er terug op aarde direct naar toe. Ooit was de Salar een meer. Het meer droogde op, het zout restte. Het uitzicht op de Salar is verbluffend. Rondom zie je de kromming van de aarde, net zoals je die op zee ziet. In de verte zie je vaag de contouren van de bergketens die de Salar omringen. Perspectief lijkt hier afwezig, waardoor je de mafste foto´s kunt maken.
Met het zout van de Salar kun je een soort bakstenen maken. Die bakstenen vind je hier op allerlei plekken terug: als tafeltje van de touroperator, als muur van een zouthotel...
Ergens midden in dit wit bevindt zich een klein eilandje vol cactussen. Mooi! In Gringotaal heet het ´Isla de Pescado´, naar de visvorm die het eilandje heeft. In echt Boliviaans heet het Isla Incahuasi, wat ´Huis van de Inca´ betekent. Veel mooier, toch?
We kunnen er een onsje naast zitten, maar naar schatting bevindt zich zo´n tien miljard ton zout op de Salar. Daarvan wordt jaarlijks slechts 25.000 ton gewonnen. Dat gebeurt door de zoutwerkers van de coöperatie van het dorp Colchani. Een afgrijselijke baan. De hele dag schrapen
of scheppen
de zoutwerkers het zout van de bodem of in een vrachtwagen.
Tegen de zon dragen ze bescherming in de vorm van een zonnebril en een doek voor neus en mond. Maar tegen het zout lijken ze zich slecht te kunnen beschermen. Ze werken met blote handen. Handen en voeten zouden dan ook zijn aangevreten door het zout. En met dit vreselijk zware en vieze werk verdienen ze dan het astronomische bedrag van ... 80 euro per maand. Per familie, wel te verstaan, niet per persoon. Iemand daar die nog tabak had van zijn werk, vanmorgen???
Met het zout van de Salar kun je een soort bakstenen maken. Die bakstenen vind je hier op allerlei plekken terug: als tafeltje van de touroperator, als muur van een zouthotel...
Ergens midden in dit wit bevindt zich een klein eilandje vol cactussen. Mooi! In Gringotaal heet het ´Isla de Pescado´, naar de visvorm die het eilandje heeft. In echt Boliviaans heet het Isla Incahuasi, wat ´Huis van de Inca´ betekent. Veel mooier, toch?
We kunnen er een onsje naast zitten, maar naar schatting bevindt zich zo´n tien miljard ton zout op de Salar. Daarvan wordt jaarlijks slechts 25.000 ton gewonnen. Dat gebeurt door de zoutwerkers van de coöperatie van het dorp Colchani. Een afgrijselijke baan. De hele dag schrapen
of scheppen
de zoutwerkers het zout van de bodem of in een vrachtwagen.
Tegen de zon dragen ze bescherming in de vorm van een zonnebril en een doek voor neus en mond. Maar tegen het zout lijken ze zich slecht te kunnen beschermen. Ze werken met blote handen. Handen en voeten zouden dan ook zijn aangevreten door het zout. En met dit vreselijk zware en vieze werk verdienen ze dan het astronomische bedrag van ... 80 euro per maand. Per familie, wel te verstaan, niet per persoon. Iemand daar die nog tabak had van zijn werk, vanmorgen???
zaterdag 12 april 2008
Op safari!
Naar Bolivia met je fiets. Hoe doe je dat? Het is een vast onderwerp van gesprek geweest, de afgelopen maanden. Als je van Chili naar Bolivia
wilt, moet je namelijk per definitie door een op vierduizend meter hoogte gelegen woestijn. Sommige mensen doen dat inderdaad op hun fiets
en voor hen hebben wij groot en diep respect. Maar wij zagen dat dus echt niet zitten. Daarboven is maar weinig: slechts een enkel hostel in het overige niets. Dat betekent dus slapen in je tent bij temperaturen ruim onder nul en drinken mee voor minstens drie dagen. Jeepsporen lopen hier kris en kras door de woestijn
zonder enige vorm van richtingaanwijzer. de ripio is hier mul en slecht, zodat je soms kilometers achter elkaar moet duwen. Voeg daaraan toe de hoogte, de zon en de wind en dat leek ons voldoende om op zoek te gaan naar een alternatief. En dat alternatief is er: een driedaagse tour per jeep
vanuit San Pedro naar Uyuni. Onderweg doe je alle bezienswaardigheden aan. En geloof ons, dat zijn er veel! Ook hier kwamen we bijvoorbeeld weer zo´n pruttelveld vol geiseractiviteiten tegen.
Daarnaast weer prachtige bergmeertjes
waaronder eentje dat vol ijs lag. We kregen meteen zin in een rondje schaatsen!
Het mooiste meer is zonder twijfel het Laguna Colorada. De algen in het water geven het een roodbruine kleur. Bovendien wemelt het er van de flamingo´s.
Rondom het meer eindeloos veel hard gras, dat in de avondzon adembenemend kleurt.
En als toetje grillig gevormde stenen die de restanten zijn van eeuwenlange erosie door wind en zand.
Onderweg sliepen we in een erg koud (4400 meter) en in een iets minder koud (3800 meter) hostel, waren we in het goede gezelschap van Björn en Martina, gingen onze fietsen alvast met een andere jeep mee naar Uyuni, werden we niet hoogteziek, was het eten echt lekker, waren de toiletten echt heel redelijk te doen, was er wel één echte warme douche en was ook de chauffeur nog aardig. En voor dat alles betaalden wij organisator Colque Tours het luttele bedrag van: 70 amerikaanse dollars per persoon...
Wie volgt???
wilt, moet je namelijk per definitie door een op vierduizend meter hoogte gelegen woestijn. Sommige mensen doen dat inderdaad op hun fiets
en voor hen hebben wij groot en diep respect. Maar wij zagen dat dus echt niet zitten. Daarboven is maar weinig: slechts een enkel hostel in het overige niets. Dat betekent dus slapen in je tent bij temperaturen ruim onder nul en drinken mee voor minstens drie dagen. Jeepsporen lopen hier kris en kras door de woestijn
zonder enige vorm van richtingaanwijzer. de ripio is hier mul en slecht, zodat je soms kilometers achter elkaar moet duwen. Voeg daaraan toe de hoogte, de zon en de wind en dat leek ons voldoende om op zoek te gaan naar een alternatief. En dat alternatief is er: een driedaagse tour per jeep
vanuit San Pedro naar Uyuni. Onderweg doe je alle bezienswaardigheden aan. En geloof ons, dat zijn er veel! Ook hier kwamen we bijvoorbeeld weer zo´n pruttelveld vol geiseractiviteiten tegen.
Daarnaast weer prachtige bergmeertjes
waaronder eentje dat vol ijs lag. We kregen meteen zin in een rondje schaatsen!
Het mooiste meer is zonder twijfel het Laguna Colorada. De algen in het water geven het een roodbruine kleur. Bovendien wemelt het er van de flamingo´s.
Rondom het meer eindeloos veel hard gras, dat in de avondzon adembenemend kleurt.
En als toetje grillig gevormde stenen die de restanten zijn van eeuwenlange erosie door wind en zand.
Onderweg sliepen we in een erg koud (4400 meter) en in een iets minder koud (3800 meter) hostel, waren we in het goede gezelschap van Björn en Martina, gingen onze fietsen alvast met een andere jeep mee naar Uyuni, werden we niet hoogteziek, was het eten echt lekker, waren de toiletten echt heel redelijk te doen, was er wel één echte warme douche en was ook de chauffeur nog aardig. En voor dat alles betaalden wij organisator Colque Tours het luttele bedrag van: 70 amerikaanse dollars per persoon...
Wie volgt???
Abonneren op:
Posts (Atom)