zondag 27 december 2009

Cradle Mountain

Een van de hoogtepunten hier in Tasmanie is Nationaal Park Cradle Mountain. Daarom nemen we hier de tijd voor een prachtige tweedaagse hike. Het park is genoemd naar de vorm van de berg, die duidelijk de vorm van een wieg heeft.



We volgen eerst een trail langs het Dove Lake, dat in de luwte ligt en waar de vegetatie wel subtropisch lijkt!


en klimmen dan langs de berg omhoog.



De route is echt supermooi.


Na een uur of vijf stevig doorlopen komen we bij de hut aan.


Hier brengen we een erg gezellige avond door met de Engelse John die hier een paar dagen vakantie viert en de Duitse Sarah en Sandra. We vergelijken 's avonds de pasta's (wij verliezen met alleen ui en knoflook...) en John is zo aardig om zijn Johnny Walker met ons te delen.


De terugweg de volgende dag is al even mooi...




We genieten, maar dat zal jullie inmiddels duidelijk zijn!

Gastvrijheid

We nemen de bus vanuit Bicheno terug naar Devonport om van daaruit de westkust te verkennen. Eerst klimmen we een kilometer of twintig naar het dorpje Kindred, waar we ons nogal onverwacht melden bij de familie Wolfert. Niet dat we elkaar persoonlijk kennen, maar zij woonden naast de boerderij van vrienden van de moeder van Nicole, dus...

De familie heeft een jaar of tien geleden een oogverblindende locatie gevonden voor hun nieuwe boerderij. Aan de ene kant zicht op Cradle Mountain,



aan de andere op de zee.



We zetten ons tentje op in de tuin



en genieten van een avond emigratie-verhalen in ouderwets Zeeuws-Vlaams.

(vlnr: Joeri, Naomi, Natalie, Johan. Onderin: de zweedse studente Marlin).
De volgende dag wacht ons nog meer gastvrijheid. Als we aan het eind van de middag een kilometer of twintig voor Nationaal Park Cradle Mountain fietsen, stopt er een auto langs de weg. Een man en drie kindertjes stappen uit. Of we naar het Nationaal Park gaan, vraagt de man. Da's nog een kilometer of twintig, dertig verder klimmen, zegt hij. Dat ga je niet halen, voor donker. Waarom gaan jullie niet meer naar ons huis, vraagt de man. We gaan graag op zijn uitnodiging in! Dus genieten we even later van onze eigen 'cabin',



midden in de bossen, omringd door walibi's en kangoeroes. We koken in onze houtkachel

en voelen ons hier echt thuis!

De kust

's Avonds kijken we in Bicheno naar de kleine 'fairy pinguins', die alleen aan land komen als het donker is. De foto's daarvan zien er dus niet heel strak uit, maar gelukkig hebben ze ook dit prachtige verkeersbord neergezet.



De oostkust van Tasmanie is prachtig. Eindeloos veel azuurblauwe baaien, omringd door bos en heuvels.








Soms zijn die heuvels wel een beetje steil...
... maar het uitzicht loont dan altijd weer ruimschoots de moeite!

Toeristisch hoogtepunt is 'Wineglassbay' op het schiereiland van Nationaal Park Frechinet.
maar ook de rest van het park is prachtig. We maken hier een mooie hike en zien voor het eerst de grappige 'grasboom'.

Allemaal beestjes II

In Bicheno gaan we naar NatureWorld, een kleine maar erg leuke dierentuin vol Tasmaanse beestjes. En omdat we de meeste Tasmaanse dieren tot nog toe alleen maar als roadkill langs de weg hebben zien liggen, grijpen we deze kans op kennismaking met levende exemplaren met beide handen aan.

Eerst maken we kennis met de erg tamme kangoeroes (zien jullie het kleintje in de buidel???)





en de wombat,




maar highlight hier is natuurlijk de Tasmaanse Duivel.



Een keer per dag is het voedertijd en mogen we de dieren zelfs aaien. Dat lijkt natuurlijk niet zo diervriendelijk, maar deze beestjes zijn hier geboren en gewend aan mensen. Stress hebben ze er dus niet van en de educatieve waarde is groot. Want ook hier geldt: je beschermt pas iets als je het hebt leren kennen en waarderen. Wombats en Tasmaanse Duivels aaien in de zoo dient dus wel degelijk een hoger doel...



De vader van deze kleintjes krijgt even later een verse hap vlees. Niet iets waar je te dicht bij wilt zijn, want de kaakkracht van deze lieverdjes is maar liefst vier keer die van een hond!





Naast de Duiveltjes is er nog veel meer moois te zien, waaronder deze prachtige arend die met een gebroken vleugel in het woud is aangetroffen en die nu hier mag wonen



en een eindeloze hoeveelheid tigersnakes...

donderdag 17 december 2009

Tassie

En dan vertrekken we naar Tassie, zoals de Australiers Tasmanie noemen. Met de boot, zodat we Melbourne langzaam in de avondschemering en regenwolken zien verdwijnen.



De boottocht verloopt niet geheel vlekkeloos, omdat de mevrouw die in de slaapstoel achter Ube zit serieus zeeziek is. Jakkie! Maar als we 's ochtends aankomen en de zon schijnt en de fruithond (variant op drugshond) geen gevaarlijke verse banaantjes of sinaasappeltjes in onze bagage aantreft waar een fruitvlieg in verstopt zou kunnen zitten, is ze gauw vergeten.

Tassie is een prachtig eiland. De afgelopen week hebben we het noordoosten befietst. Dat lijkt een goede beslissing, omdat we in elk geval supermooi weer hebben gehad en omdat het westelijke deel een stuk bergachtiger zou moeten zijn dan het oostelijke stuk. De beentjes, nog volstrekt ongetraind, kunnen zo dus op het gemak een beetje wennen. Het is inderdaad nog aardig vlak, maar daarom niet minder mooi. Prachtige uitgestrekte velden vol overheerlijke koeien


en schapen,



hier en daar rivieren en meertjes,



en fantastische kampeerplekken. Die kampeerplekken, dat kunnen betaalde campings zijn met complete 'campkitchens' (inclusief gasbarbecue, waterkoker, afdak, afwasmiddel, ga zo maar door...) of door de overheid aangewezen plekken in the middle of nowhere waar je je tent officieel mag opslaan. Daar zijn soms in het geheel geen voorzieningen, zoals hier op een van de mooiste kampeerplekken die we ooit hebben gezien aan de Bay of Fires. Geen toilet, geen douche, zelfs geen drinkwater...



Als een kampeerplek te spartaans of te duur mocht zijn, fiets je gewoon naar het dichtsbijzijnde dorp. Elk dorp heeft een afdak met daaronder een meestal gratis te gebruiken gasbarbecue, toiletten en een kampeerveldje voor noodgevallen. Dit soort gratis overnachtingsmogelijkheden en faciliteiten trekt een groot aantal wereldfietsers en vakantiefietsers aan, de een met een nog uitdagender budget dan de andere. Wij zijn echt de rijke stinkerds hier onder de fietsers, omdat we zonder met onze ogen te knipperen 20 AUS (pakweg 13 euro) neertellen voor een nacht camping met douche...

Inmiddels zijn we in Bicheno neergestreken. Onze benen genieten van een welverdiende vrije dag. Vanmiddag gaan we de dierentuin hier bekijken: waarschijnlijk de enige mogelijkheid om de behoorlijk zeldzame, schuwe en ontzettend lelijke Tasmanian Devil te kunnen zien. En vanavond zouden we hier pinguins moeten kunnen zien als ze na een dag jagen in de zee terug komen aan land. De volgende keer dat we in de buurt komen van een internetcafe zullen we jullie dus weer blij kunnen maken met foto's van nog meer beestjes!

En voor al die mensen die zo graag willen ruilen met de koala: elk voordeel heeft natuurlijk ook een nadeel. In heel droge zomers zit er zo weinig vocht in de blaadjes van de eucalyptus, dat de koala vocht tekort komt. En omdat 'ie blijkbaar geen dorstprikkel krijgt, komt het niet in zijn dronken hoofd op om zijn boom uit te klimmen, 3 meter naar de naastgelegen rivier te lopen en te drinken. Het gevolg: plof. Koala valt uit boom. Einde oefening. Dan weten jullie dat!

dinsdag 8 december 2009

Allemaal beestjes...

Maar hoe leuk en relaxed Melbourne ook is, we hebben op een of andere manier meer aandacht voor het buitenleven hier. Onze camping ligt in een van de mooiste buitenwijken van de stad en grenst aan een nationaal park. En dankzij Dean, de parkmanager (links),




zien we in die paar dagen dat we hier zijn zo'n beetje alle Australische dieren die je gezien moet hebben... Voor onze eerste trip stuurt hij ons een park in waar we tegen zonsondergang hele kolonies kangoeroes rond zien hopsen.



De tweede excursie gaat naar NP Warrandyte, waar we ongelooflijk veel geluk hebben omdat we maar liefst drie koala's zien, die precies op het moment dat wij langslopen in een nieuwe boom klimmen.


Koala's slapen namelijk twintig uur per etmaal


omdat ze de hele dag door stomdronken zijn van de eucalyptusolie die weer in de blaadjes zit die ze eten.


Daarin zijn ze extreem selectief: er is maar een soort eucalyptus die de goedkeuring van de beertjes weg kan dragen... En omdat ze dus behoorlijk in de olie zijn, zijn ze niet heel beweeglijk; het kan uren duren voor je er eentje ziet bewegen. Blijkbaar hadden ze even hun activiteitenuurtje. We hebben ze zelfs zien 'springen' van de ene tak op de andere, al moet je je daar gezien hun toestand geen olympische dingen bij voorstellen.


Vervolgens stuurde Dean ons op een zonnige ochtend de bush in om slangen te spotten. 'Def sure you'll see some tigers!' Dat zijn geen tijgers, maar tijgerslangen. Zo dodelijk als maar zijn kan: als je bent gebeten moet je onmiddellijk een drukverband aanleggen om te voorkomen dat het gif zich verspreidt en dan heb je precies twee uur de tijd om in het ziekenhuis terecht te komen. Redelijk voorzichtig lopend volgden we de aanwijzingen van Dean en jawel hoor: na een half uurtje zoeken vonden we dit woeste exemplaar, zich opwarmend in de zon voor een volgende jacht.



Dan nog als toetje een zeer zwangere hagedis, gelukkig is deze niet dodelijk en gelukkig zijn ze dus niet altijd zo dik.



En na gedane zoektochten is het goed rusten, maar ook op vijf meter van onze tent komen we hier van alles tegen, zoals deze possum


en de tientallen parkieten, die ons elke ochtend tegen zonsopgang wakker schreeuwen...


of een prachtige witte kaketoe.


Mellow Melbourne

Daar zijn we dan! De winter achter ons gelaten, de zomer tegemoet. En zomer is het hier... Ergens rond de 25 graden, blauwe luchten, ons hoor je niet klagen. Dat gaat straks in Tasmanie anders worden, maar dat is straks pas... Voorlopig genieten we in en om Melbourne van het zonnetje.


Alles wat ze je thuis vertellen over Melbourne is waar. Een heerlijke 'mellow' stad, heel veel groen en uitgestrekte buitenwijken. Het centrum zelf beslaat nauwelijks een vierkante kilometer, maar daarop vind je dan ook alles wat een miljoenenstad nodig heeft: skyscrapers, metro, tram, honderden winkels en winkeltjes, honderden eettentjes en uiteraard mensen in alle kleuren, maten en leeftijden.
Dat allemaal tesamen maakt Melbourne zo op het eerste gezicht een heel stuk hipper en hotter dan, sorry jongens, Rotterdam of Amsterdam. Ubercoole loungebarretjes, sushi-to-go, chillende mensen onder palmbomen, neonverlichte en futuristisch vormgegeven cultuurmusea... Als we niet oppassen, zijn we straks in Europa echt helemaal uit.


In de tussentijd blijft hier ook volop aandacht voor ouderwetse tafereeltjes



en mail ons gerust je verlanglijstje voor kerst, wij doen 'm hier graag voor je op de post!