zondag 4 april 2010

Rijst

Als je in Indonesie bent, eet je rijst. En hoeveel energie kost om dat op ons bord te krijgen, wordt ons duidelijk als we in Sidemen en bij Tirta Gangga een aantal wandelingen door de prachtige rijstvelden maken.



Drie keer per jaar kan er van een veldje rijst geoogst worden. Dat betekent dat de akkertjes drie keer per jaar klaargemaakt moeten worden voor zaailingen. Met de hand, uiteraard. Want slechts een enkeling beschikt over zoiets geavanceerds als een os. De rest gaat gewoon zelf met de hak in de weer. Onder de brandende zon. De hele dag door. En als diegene ons voorbij ziet lopen, blijkt er altijd nog meer dan genoeg energie en goeie zin over voor zo'n oogverblindende glimlach en een vrolijk 'selamat siang!'


Als de akker klaar is, worden de zaailingen geplant. Ook dat is handwerk. Machines kunnen ook helemaal niet worden gebruikt op de kleine, steile, alleen via mini-paadjes toegankelijke stukjes rijstterras. Wie even moet rusten, drinken of eten, kan gelukkig wel in de schaduw terecht. Deze kleine 'schuurtjes' staan immers overal in de rijstvelden.

Een ingenieus systeem van irrigatiekanaaltjes houdt de veldjes onder water.

Of zet ze droog, als de rijst begint te rijpen en droog moet staan. Als het zover is, moeten ook de vogels worden weggehouden. Touwen met daaraan lappen stof, stukken plastic en frisdrankblikjes worden aan elkaar gebonden.
Staken houden ze op gezette afstand van de grond.
Door aan de touwen te trekken en heel hard te schreeuwen, worden de vogels weggejaagd. Voor even... Dus is 'vogelverschrikker' een echte baan in dit land, waar 50.000 roepia's voor de meeste mensen een dagloon is. Dat is het equivalent van 5 euro... En daar wordt dus hard, heel hard voor gewerkt.

Als de rijst rijp is en geoogst, wordt 'ie gedroogd.


En in balen afgevoerd naar de markt. Je begrijpt: wij eten hier altijd onze bordjes leeg...

Geen opmerkingen: